Brokken, Laura
(2017)
Dierenrechten en intensieve veehouderij Ben ethische verkenning.
Master thesis, Master Godsdienstwetenschap.
Abstract
Kort geleden sprak ik een kennis. We bevonden ons in een gesprek over veetransport en zij vertelde te walgen van de transporten. Als zij tijdens het autorijden onderweg een veewagen volgeladen met kippen of varkens tegenkwam draaide ze haar hoofd weg. Ze wilde het niet zien. Deze vrouw, een vleeseter, scheen niet te beseffen, of te willen beseffen dat de dieren die geladen waren op die wagen binnen afzienbare tijd het beleg op haar brood zouden worden. Dit is een typische reactie van mensen. Men walgt aan de ene kant van de gruwelen van een transport, aan de andere kant wordt er niet bij nagedacht wat het transport werkelijk inhoudt. De Nederlandse filosoof Emo Eskens beschrijft deze gevoelens typerend in zijn boek Democratie voor dieren. Hij beschrijft dat mensen walgen van dierenleed, maar het aan de andere kant ook goedpraten door te zeggen dat het hier om een emotionele reactie gaat. De emotie zou slechts een projectie zijn van de stadsmens die zich door zijn vervreemding van de natuur, tegen beter weten in, vereenzelvigt met wezens waar wij, 'toch boven staan door onze
superieure vermogens'. De dieren in de veewagens hebben het niet goed. Ze zijn op weg naar het slachthuis waar er een miserabel einde komt aan hun miserabele leven. Deze dieren, de dieren van de intensieve veehouderij, zijn het onderwerp van mijn scriptie. In de intensieve veehouderij hebben de dieren een leven gehad dat zo ver af staat van hun natuurlijke leven dat er nauwelijks nog te spreken valt over een leven. Dieren zijn geworden tot veredelde dingen waar de mens mee mag doen wat hij wil. Het verschaffen van rechten aan dieren zou wellicht verandering kunnen brengen in hun positie. Voorstanders van dierenrechten willen dieren rechten geven en tot rechtssubject maken, zodat de mens duidelijke plichten krijgt tegenover dieren.
De mens beschouwt zichzelf tegenwoordig zodanig superieur aan dieren dat er op het gebied van verbetering van de leefomstandigheden van dieren slechts sprake kan zijn van een 'gunning'. De mens bepaalt in hoeverre het dier rechten kan krijgen, en gaat daar uitermate zuinig mee om; zoals eerder de blanke mens bepaalde in hoeverre de
gekleurde mens rechten kon krijgen en de mannelijke mens aan de vrouwelijke mens enige rechten kon gunnen. Je mag verwachten dat een ieder met belangen onder de wetgeving valt. Iedereen met belangen heeft immers recht op gelijke bescherming van die belangen. Met dit alles in het achterhoofd zou het, volgens Eskens, logisch zijn als het grondrecht (gelijke gevallen worden gelijk behandeld) ook voor dieren geldt. Op dit moment wordt dieren echter een gelijke behandeling onthouden, ook wanneer zij zich 'in gelijke gevallen' bevinden. Dat komt omdat de huidige wet dieren per definitie als minder belangrijke wezens ziet, zonder daarbij daadwerkelijk naar hun belangen te kijken. De wet beschermd dieren alsof het apparaten zijn.
Als ze stuk gaan, dan schaadt dit de belangen van de eigenaar. Dat de dieren eigen belangen hebben en een eigen natuur bezitten waar eigen natuurrechten uit volgen, wordt nauwelijks erkend.
Neem onze huidige Nederlandse Gezondheids-en welzijnswet voor dieren (GWWD).
Deze oogt op het eerste gezicht diervriendelijk, maar is, na zorgvuldig lezen, niet. Het
cruciale artikel 36 luidt: 'het is verboden om zonder redelijk doel of met overschrijding van hetgeen ter bereiking van zodanig doel toelaatbaar is, bij een dier p~n of letsel te veroorzaken dan wel de gezondheid of het welzijn van dieren te benadelen.' Het venijn schuilt in de woorden 'redelijk doel' . Wie de jurisprudentie tot zich neemt, merkt dat alleen mensen, klaarblijkelijk vanwege hun superieure rationaliteit, 'redelijke doelen' kunnen bepalen. De mens bepaalt de doelen, waartoe het <lier maar al te vaak het middel is.
De redelijke doelen van mensen en de natuurlijke belangen van dieren zijn vaak sterk uit evenwicht. De dieren zijn doorgaans het middel tot het redelijke doel van de animal
rationale. Het leven van dieren wordt veelal niet gezien als doel op zich. Met talloze algemene maatregelen van bestuur wordt vastgelegd hoe de burger het middel dier mag
inzetten voor zijn redelijke doelen. Nergens meldt de wet dat het nodig is om de belangen van dieren in kaart te brengen. Nergens wordt geregeld dat de belangen van dieren eerlijk en democratisch dienen te worden gewogen tegen andere belangen. Een uitzondering hierop is de Flora en Fauna Wet. Deze wet regelt de bescherming van dier- en plantensoorten. De doelstelling van de wet is de bescherming en het behoud van in het wild levende planten- en diersoorten. Dit geeft aan dat er wel degelijk bescherming is van dieren, maar in het kader van mijn scriptie is dit niet relevant. Het gaat in deze wet immers over in het wild levende dieren. Ile beperk mij hier enkel tot de dieren van de intensieve veehouderij.
Type: |
Thesis
(Master)
|
Supervisors (RUG): |
Supervisor | E-mail | Tutor organization | Tutor email |
---|
Jedan, C. | C.Jedan@rug.nl | | | Sanders, A.F. | A.F.Sanders@rug.nl | | |
|
Degree programme: |
Master Godsdienstwetenschap |
Date of delivery: |
30 Jun 2017 |
Last modified: |
30 Jun 2017 14:43 |
URI: |
https://rcs.studenttheses.ub.rug.nl/id/eprint/274 |
Actions (requires login)
|
View Item |