Pruis, Ruth (2018) Kinderen tekenen God in Scheemda. Master thesis, Master Geestelijke Verzorging.
|
1718-GV PRUIS, R. Ma-scriptie .pdf Download (2MB) | Preview |
Abstract
De sectie godsdienstpsychologie van de faculteit Godgeleerdheid en Godsdienstwetenschap van de Rijksuniversiteit Groningen heeft zich aangesloten bij het internationale onderzoeksproject ‘Dessins de dieux’. Het Nederlandse deelproject wil hieraan een bijdrage leveren door tekeningen van Nederlandse kinderen te verzamelen, waarbij de invloed van de religieuze cultuur en de psychologische ontwikkeling onderzocht wordt. Aan Masterstudenten Geestelijke Verzorging wordt de mogelijkheid geboden om daarbinnen een deelonderzoek uit te voeren naar de godsrepresentatie van bijvoorbeeld kinderen uit een orthodox-protestantse omgeving, een non-god talk omgeving, of uit een context waarin onveilige hechting een rol speelt. Uit onderzoek van mijn voorgangers kwam onder andere naar voren dat een tweede tekening, één van het gezin, waardevolle informatie op zou kunnen leveren. Met deze scriptie heb ik daar een vervolg aan gegeven. Het richt zich op die mogelijkheid door een gezinstekening toe te voegen aan het binnen dit deelonderzoek bestaand protocol. Hierbij stelde ik uiteindelijk de volgende hoofdvraag: ‘in hoeverre worden hechtingsstijlen van kinderen uit een orthodox-protestantse omgeving zichtbaar in hun tekeningen van godsrepresentaties en familie en hoe verhouden beide tekeningen zich tot elkaar?’ Gehechtheidsonderzoekers als Kirkpatrick, Shaver en Granqvist hebben twee hypotheses geformuleerd over de relatie tussen gehechtheid aan mensen en gehechtheid aan God, namelijk de correspondentie- en de compensatiehypothese. In het eerste geval komen de hechtingsstijlen overeen; men gaat hierbij met God een vergelijkbare relatie aan als met de ouders/eerste gehechtheidsfiguren. In het tweede geval verschillen ze en speelt iemands relatie tot God een compenserende rol. In dit onderzoek zijn beide hypotheses getoetst met een vergelijkende analyse van beide tekeningen op hechting. Uit onderzoek is namelijk gebleken dat hoe een kind tekent verband houdt met de manier waarop het gehecht is. Hechting kan zich hierbij uiten in het tekenproces, in de tekenstijl en het -niveau, maar in navolging van De Kraker-Zijlstra ook in te coderen gehechtheidsaspecten. Van compensatie bleek hierbij geen sprake. Corresponderende gehechtheidsaspecten troffen wij echter wel aan. Hiermee lijkt dit onderzoek enkel de correspondentiehypothese te ondersteunen.
Type: | Thesis (Master) | ||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Supervisors (RUG): |
|
||||||||||||
Degree programme: | Master Geestelijke Verzorging | ||||||||||||
Academic year: | 2017- 2018 | ||||||||||||
Date of delivery: | 31 Aug 2018 | ||||||||||||
Last modified: | 31 Aug 2018 12:57 | ||||||||||||
URI: | https://rcs.studenttheses.ub.rug.nl/id/eprint/398 |
View Item |